tekst hier

‘Fair Practice Code vergt extra geld voor programmering’

 

Drie brancheverenigingen in de podiumkunsten maken zich ernstig zorgen dat de Fair Practice Code tot verdere verschraling zal leiden als er geen extra geld beschikbaar komt voor de aankoop van – gesubsidieerde – producties.

In een opiniestuk in NRC Handelsbladuiten Gabbi Mesters, directeur van de Vereniging van Schouwburg- en Concertgebouwdirecties (VSCD), Berend Schans, directeur van de Vereniging Nederlandse Poppodia en Festivals en Niek vom Bruch, woordvoerder van het Vlakke Vloer Platform (VVP) hun zorgen over de invoering van de Fair Practice Code (FPC). Die code moet ervoor zorgen dat werkenden in de kunstensector een fatsoenlijk salaris krijgen. Op zich juichen zij het beleidsvoornemen van minister Van Engelshoven (OCW) toe om de FPC als voorwaarde te gaan stellen bij subsidieverlening aan kunstinstellingen.

De brancheverenigingen zijn echter bezorgd over de gevolgen die dit zal hebben als er geen extra geld wordt vrijgemaakt voor de sector. Zij schrijven: “Uit het onderzoek Op weg naar het nieuwe normaal, eerder dit jaar uitgevoerd in opdracht van de sector, blijkt dat de kosten voor theater, dans, muziek en muziektheater per direct met ruim 13 miljoen zullen stijgen. Dat leidt er onvermijdelijk toe dat podia meer moeten betalen, waarna bezoekers die extra kosten verdisconteerd zullen zien in een hogere toegangsprijs. Zolang de minister geen rekening houdt met deze gevolgen, schiet ze haar doel voorbij: maatregelen die tot een rijker en duurzamer kunstklimaat moeten leiden – met nieuwe spelers, nieuwe genres, nieuwe publieksgroepen – leiden straks tot verdorring.”

Minimaal €5 miljoen extra

De brancheverenigingen pleiten dus voor extra geld: “Het Rijk en de gemeenten moeten de handen ineenslaan en serieus onderzoeken hoe zij meer geld beschikbaar kunnen stellen. Wij pleiten alvast voor verruiming van de programmeringssubsidies van het Fonds Podiumkunsten met minimaal vijf miljoen euro per jaar voor de komende vier jaar. Dat is geen overbodige luxe.

“Alleen zo kan de dreiging van verdere verschraling in de kunstensector worden gestopt. Extra geld is broodnodig voor makers én publiek van vernieuwend repertoire. Maar ook los daarvan geldt: het kan niet de bedoeling zijn dat een betere honorering van artiesten onherroepelijk leidt tot fors duurdere entreekaartjes en minder (gesubsidieerd) aanbod voor bestaand en nieuw publiek.”

Lees het hele opiniestuk op nrc.nl